Het is nu 28-03-2024 12:41:00
Onbeantwoorde berichten bekijken

Gebruikersnaam:     Wachtwoord:

Waar moeten verkeersborden geplaatst worden?

    -> Wetgeving Vorige onderwerp :: Volgende onderwerp  

Nieuw onderwerp plaatsen   Reageren
 
 Auteur   Bericht 

Jozef Van Breuseghem


Site Admin


Geregistreerd op: 10 Jan 2009
Berichten: 6020
Woonplaats: Temse

     
Bericht Geplaatst: 13-08-2018 20:04:26    Onderwerp: Waar moeten verkeersborden geplaatst worden?
 Reageren met citaat  

Alle verkeersborden hebben een wettige plaats, die bepaald is in het verkeersreglement. Zo moeten bijvoorbeeld de gebodsborden, de ronde blauwe verkeerstekens met witte symbolen, aangebracht worden op de plaats waar ze best zichtbaar zijn. Dat staat in het artikel 69.1 van het verkeersreglement Lees :
Citaat:
69.1. De gebodsborden worden aangebracht op de plaats waar zij het best zichtbaar zijn.

Maar wist je dat dit betekent dat deze borden zelfs niet op de openbare weg hoeven aangebracht te worden?

Zo mag een gebodsbord bijvoorbeeld aangebracht worden aan de gevel van een gebouw, buiten de openbare weg, als dat daar het beste zichtbaar is. Dat blijkt uit het arrest Nr. P.17.0882.N van 20 februari 2018 van het Hof van Cassatie.

Hier volgt de volledige inhoud van dat arrest in juridisch jargon. Het gaat over nog andere zaken, maar het gedeelte over de gebodsborden is in het begin.
Citaat:
20 FEBRUARI 2018

Hof van Cassatie van België

Arrest


Nr. P.17.0882.N

M A L Y,

beklaagde,
eiser,
met als raadsman mr. Kurt Stas, advocaat bij de balie te Brussel, met kantoor te 1000 Brussel, Keizerslaan 3, waar de eiser woonplaats kiest.

I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF

Het cassatieberoep is gericht tegen het vonnis in hoger beroep van de correctionele rechtbank Antwerpen, afdeling Antwerpen, van 16 juni 2017.
De eiser voert in een memorie die aan dit arrest is gehecht, twee middelen aan.
Raadsheer Erwin Francis heeft verslag uitgebracht.
Advocaat-generaal met opdracht Alain Winants heeft geconcludeerd.

II. BESLISSING VAN HET HOF

Beoordeling

Eerste middel

Eerste onderdeel


1. Het onderdeel voert schending aan van artikel 13 Wegverkeerswet en de artikelen 1, 5, 69.1 en 80.1 Wegverkeersreglement: het bestreden vonnis oordeelt dat een gebodsbord D1 (verplichting de door de pijl aangeduide richting te volgen) bindende kracht heeft wanneer dat bevestigd is aan een gevel op een kruispunt; een gebodsbord heeft enkel bindende kracht wanneer het zich bevindt op de openbare weg; een gevel maakt geen deel uit van de openbare weg.

2. Uit geen enkele wettelijke of reglementaire bepaling volgt dat gebodsborden op de openbare weg zelf moeten geplaatst worden om bindende kracht te hebben. Het is krachtens artikel 69.1 Wegverkeersreglement enkel vereist dat dergelijke borden worden aangebracht op de plaats waar zij het best zichtbaar zijn. Dat kan aan de gevel van een gebouw zijn.
In zoverre het onderdeel uitgaat van een andere rechtsopvatting, faalt het naar recht.

3. Het bestreden vonnis oordeelt dat het gebodsbord D1 dat hier aan een gevel is bevestigd, het best zichtbaar is op de plaats waar het is aangebracht, gelet op de plaatsgesteldheid. Aldus verantwoordt het de beslissing naar recht.

In zoverre kan het onderdeel niet worden aangenomen.

Tweede onderdeel

4. Het onderdeel voert schending aan van artikel 2.9 Wegverkeersreglement: het bestreden vonnis oordeelt ten onrechte dat een verkeersbord dat wordt bevestigd aan een gevel, deel uitmaakt van een kruispunt; een kruispunt is de plaats waar twee of meer openbare wegen samenlopen en strekt zich uit over de gehele oppervlakte binnen de denkbeeldige lijnen die het verlengde vormen van de gevels of afsluitingen van de gebouwen of eigendommen die aan de openbare wegen zijn gelegen op de plaats waar die wegen samenkomen of in elkaar overgaan en zulks over de gehele breedte van die wegen; verkeersborden die niet zijn gevestigd op deze oppervlakte van de openbare weg, kunnen geen deel uitmaken van het kruispunt; aldus kunnen verkeersborden die bevestigd zijn aan een gevel, geen deel uitmaken van het begrip kruispunt.

5. Opdat een gebodsbord bindende kracht heeft, is niet vereist dat het deel uitmaakt van het kruispunt waarop het van toepassing is.

Het onderdeel dat uitgaat van een andere rechtsopvatting, faalt naar recht.

Derde onderdeel

6. Het onderdeel voert schending aan van de artikelen 5, 60.2 en 69.3 Wegverkeersreglement en artikel 10.1, eerste lid, van het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald: het bestreden vonnis oordeelt ten onrechte dat het verkeersbord D1 van toepassing is op de gebruiker van de openbare weg voordat hij dit bord heeft voorbijgereden.

7. Geen enkele wettelijke of reglementaire bepaling vereist dat een gebruiker van de openbare weg het gebodsbord D1 moet zijn voorbijgereden opdat het voor hem bindende kracht heeft. Artikel 69.1 Wegverkeersreglement vereist enkel dat gebodsborden worden aangebracht op de plaats waar zij het best zichtbaar zijn.

Het onderdeel dat uitgaat van een andere rechtsopvatting, faalt naar recht.

Vierde onderdeel

8. Het onderdeel voert schending aan van de artikelen 1319, 1320 en 1322 Burgerlijk Wetboek: het bestreden vonnis miskent de bewijskracht van de foto's die de eiser bij zijn conclusie heeft neergelegd en die hij in zijn conclusie heeft becommentarieerd door aan te voeren dat uit die foto's blijkt dat het verkeersbord D1 zich bevindt na het kruispunt.

9. Uit de stukken waarop het Hof vermag acht te slaan, blijkt dat de door de eiser voorgelegde foto's deel uitmaakten van eisers voor de appelrechters neergelegde stukken ter ondersteuning van zijn in conclusie verwoorde verweer dat het verkeersbord D1 zich na het kruispunt bevindt.

10. Met het oordeel dat het geenszins blijkt dat het verkeersteken D1 zich na het kruispunt bevindt, geeft het bestreden vonnis geen uitlegging van eisers conclusie gelezen in samenhang met de door hem neergelegde foto's, maar beoordeelt het enkel de gegrondheid van eisers desbetreffende verweer en de bewijswaarde van die foto's. Aldus miskent het geenszins de bewijskracht van die stukken.

Het onderdeel mist feitelijke grondslag.

Tweede middel

11. Het middel voert schending aan van de artikelen 7, 8 en 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, de artikelen 6, 8 en 13 EVRM en de artikelen 22 en 149 Grondwet: het bestreden vonnis stelt vast dat de eiser aanvoert dat de politie zich ten onrechte toegang heeft verschaft tot de persoonsgegevens van de Kruispuntbank Voertuigen en gaat vervolgens over tot de toetsing van het bewijs aan de voorwaarden van artikel 32 Voorafgaande Titel Wetboek van Strafvordering met betrekking tot de bewijsuitsluiting; aldus beantwoordt het bestreden vonnis niet eisers verweer in verband met het gebrek aan machtiging van de politie voor de raadpleging van de Kruispuntbank Voertuigen en bevat het niet de feitelijke gegevens om het Hof toe te laten zijn wettigheidscontrole uit te oefenen; minstens miskent het bestreden vonnis het recht op effectief rechtsherstel van de eiser; ingevolge het feit dat de politie zonder de vereiste machtiging toegang heeft genomen tot de persoonsgegevens van de eiser in de Kruispuntbank Voertuigen, is eisers recht op privéleven miskend; door het onrechtmatig bewijs in strijd met eisers recht op privéleven toch aan te wenden, wordt aan de eiser geen effectief rechtsmiddel geboden tegen de miskenning van zijn grondrecht.

12. De appelrechters vatten het verweer van de eiser samen en toetsen vervolgens het hen voorgelegde bewijs aan artikel 32 Voorafgaande Titel Wetboek van Strafvordering, waarmee zij aangeven dat dit bewijs onregelmatig is verkregen. Aldus beantwoorden zij eisers verweer en laten zij het Hof toe zijn wettigheidscontrole uit te oefenen.

In zoverre mist het middel feitelijke grondslag.

13. Het feit dat bewijselementen werden verkregen in strijd met het recht op eerbiediging van het privéleven zoals gewaarborgd door artikel 7 Handvest, artikel 8 EVRM en artikel 22 Grondwet of met het recht op bescherming van persoonsgegevens zoals gewaarborgd door artikel 8 Handvest, heeft niet steeds schending van artikel 6 EVRM of miskenning van het recht op een eerlijk proces tot gevolg.

14. Artikel 32 Voorafgaande Titel Wetboek van Strafvordering bepaalt dat tot nietigheid van een onregelmatig verkregen bewijselement enkel wordt besloten indien ofwel de naleving van de betrokken vormvoorwaarden wordt voorgeschreven op straffe van nietigheid, ofwel de begane onregelmatigheid de betrouwbaarheid van het bewijs heeft aangetast, ofwel het gebruik van het bewijs in strijd is met het recht op een eerlijk proces.

Krachtens die bepaling worden onregelmatigheden waardoor geen op straffe van nietigheid voorgeschreven vormvoorwaarde wordt overtreden en die evenmin voldoen aan de andere erin vermelde voorwaarden, niet nietig verklaard of uit het debat geweerd. Deze regel geldt voor alle onregelmatigheden, ongeacht of zij een inbreuk inhouden op een verdragsrechtelijk of grondwettelijk gewaarborgd recht dat de bescherming van het privéleven beoogt.

15. Het feit dat de rechter het onregelmatig verkregen bewijs toetst aan de voorwaarden van artikel 32 voormeld, houdt een effectief rechtsherstel in zoals bedoeld in artikel 47, eerste lid, Handvest en artikel 13 EVRM.

16. In zoverre het middel uitgaat van andere rechtsopvattingen, faalt het naar recht.

Ambtshalve onderzoek

17. De substantiële of op straffe van nietigheid voorgeschreven rechtsvormen zijn in acht genomen en de beslissing is overeenkomstig de wet gewezen.

Dictum

Het Hof,
Verwerpt het cassatieberoep.
Veroordeelt de eiser tot de kosten.
Bepaalt de kosten op 74,31 euro.
Dit arrest is gewezen te Brussel door het Hof van Cassatie, tweede kamer, samengesteld uit voorzitter Paul Maffei, als voorzitter, de raadsheren Peter Hoet, Antoine Lievens, Erwin Francis en Ilse Couwenberg, en op de openbare rechtszitting van 20 februari 2018 uitgesproken door voorzitter Paul Maffei, in aanwezigheid van advocaat-generaal met opdracht Alain Winants, met bijstand van griffier Kristel Vanden Bossche.

K. Vanden Bossche I. Couwenberg E. Francis
A. Lievens P. Hoet P. Maffei

Je kunt dit arrest als volgt op internet vinden in de juridat database, de gegevensbank voor de rechtspraak:

  • In het vak "Datum": aanvinken "Van" en "20/02/2018" invullen.
  • In het vak "Opzoeking via Thesaurus": aanvinken "Cassatie".
  • Op knop met het vergrootglas "Thesaurus" drukken.
  • In het pop-up venster in de lijst de letter W aanklikken.
  • Vervolgens "WEGVERKEER" aanklikken.
  • Vervolgens "WEGVERKEERSWET" aanklikken.
  • Vervolgens "WETSBEPALINGEN" aanklikken.
  • Vervolgens "Artikel 69" aanklikken.
  • Op de knop "Toevoegen" drukken (gelijk dewelke).
  • Op de knop "Ok" drukken en het pop-up venster sluit.
  • Op de knop "Opzoeking uitvoeren" drukken.
  • Je bekomt 2 keer hetzelfde arrest als resultaat.
  • Vink 1 van de 2 resultaten aan (gelijk hetwelke) en druk op de knop "Tonen".
  • In een nieuw pop-up venster, onder het tabblad "Tekst" staat de tekst van dit arrest.
  • Met de knop "PDF Document" bekom je het resultaat in pdf. Mogelijk staat de extensie .pdf niet achter de naam van het gedownload bestand. Voeg dat dan gewoon toe.


In dit arrest is nog iets interessants te vinden: in punt 4 staat een duidelijke omschrijving van wat bedoeld wordt met het begrip "kruispunt" uit het artikel 2.9 van het verkeersreglement. Dat is iets helemaal anders dan wat het Agentschap Wegen en Verkeer daarvan maakt in het Dienstorder MOW/AWV/2017/6, en waarvan gebruik gemaakt wordt om hun onwettige wegmarkering, de "fietsgeleiding op kruispunten", overal aan te brengen, zelfs buiten kruispunten.
_________________
Queen:
I want to ride my bicycle, I want to ride my bike.
I want to ride my bicycle, I want to ride it where I like.
Terug naar boven
Profiel bekijken Stuur privébericht E-mail versturen Website bekijken

Jozef Van Breuseghem


Site Admin


Geregistreerd op: 10 Jan 2009
Berichten: 6020
Woonplaats: Temse

     
Bericht Geplaatst: 14-03-2019 18:59:46    Onderwerp:
 Reageren met citaat  

Er bestaan geen wettelijke voorschriften over de plaatsing van wegwijzers, behalve dat ze "het zicht van de gebruikers op de openbare weg zo weinig mogelijk belemmeren". Dat staat in de artikels 12.9.1, 12.9.2 en 12.9.3 van het reglement voor de wegbeheerder.

Is het daardoor dat de plaatsing van fietswegwijzers dikwijls te wensen overlaat, vooral de plaatsing van omleidingswegwijzers voor fietsers? Een mooi voorbeeld hiervan zag ik op de omleiding voor fietsers tijdens de werken voor de fietsstraat in de stationstunnel. Dat voorbeeld was trouwens de aanleiding tot de volgende mail naar onze schepen van mobiliteit en naar de diensten mobiliteit van de politie en van de gemeente, waaronder onze fietsambtenaar:
Citaat:
Fietswegwijzers: het zit hem in details

Geachte mevrouw schepen
Geachte heer/mevrouw van de politie
Dag Elise en Davy


Wegwijzers voor fietsers, zowel gewone als omleidingswegwijzers, worden al eens vlug ergens neergepoot, zonder nadenken of een wegwijzer op die plaats wel opvalt bij de fietser. Een goed voorbeeld hiervan vind je op de omleiding voor fietsers naar het station, nu de stationstunnel is afgesloten.

Dit is de plaats op de rotonde van de Kasteelstraat, waar fietsers naar de Consciencestraat verwezen, worden ...


De fietswegwijzer staat helemaal aan de overkant van de Consciencestraat, aan de oprit van de brug, terwijl die voor fietsers veel zichtbaarder zou staan op de vluchtheuvel in het midden van de straat, of zelfs op de hoek van het voetpad vóór de Consciencestraat.

Hier is dat niet erg. Wie gewoonlijk naar het station fietst zal zijn weg wel vinden, ook zonder wegwijzers. Maar er zijn talloze andere voorbeelden waar de wegwijzers voor fietsers bij omleidingen op totaal verkeerde plaatsen staan, en fietsers zelfs op het verkeerde been gezet worden.

Als wegwijzers niet, of te laat opgemerkt worden, kan dat leiden tot onverwachte manoeuvres en ongevallen. Het is dus belangrijk dat hieraan voldoende aandacht besteed wordt.

Al te dikwijls worden wegwijzers geplaatst met zicht van achter de voorruit van een auto. Maar daaraan hebben fietsers geen boodschap.


Met vriendelijke groeten,
...


Hopelijk wordt in het vervolg met een "fietsersoog" gekeken als fietswegwijzers aangebracht worden.
_________________
Queen:
I want to ride my bicycle, I want to ride my bike.
I want to ride my bicycle, I want to ride it where I like.
Terug naar boven
Profiel bekijken Stuur privébericht E-mail versturen Website bekijken


Berichten van afgelopen:   

    -> Wetgeving

Nieuw onderwerp plaatsen   Reageren
 


 
Je mag geen nieuwe onderwerpen plaatsen in dit subforum
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
Je mag je berichten niet bewerken in dit subforum
Je mag je berichten niet verwijderen in dit subforum
Je mag niet stemmen in polls in dit subforum


Pagina 1 van 1
Tijden zijn in GMT + 1 uur

Ga naar:  


Powered by phpBB © 2001, 2002 phpBB Group
Maak snel, eenvoudig en gratis uw eigen forum: Gratis Forum

This contents of this page are in no way endorsed by the Mozilla Foundation
Mozilla_Firefox theme created by Plastikaa © 2005